Als ik binnenwandel op Het Naaiatelier van Ons Label aan het Edisonplein is Hasina druk met een lap leer uit te tekenen voor tasonderdelen.Ze komt een leer tekort – denkt ze. Maar na wat passen en schuiven, lijkt het met nauwkeurig passen en meten toch mogelijk het laatste reepje leer ingepast te krijgen. Op tafel ligt een berg tassen van verschillend formaat voor een opdrachtgever uit het Gooi, het label waar Het Atelier inmiddels vast leverancier van is. Een reusachtig, boterzacht leren kussen van een vierkante meter ligt als meest recente project centraal op tafel.
“Het is soms enigszins verwarrend,” zegt Irene Nagtzaam, een van de ondernemers achter Ons Label Breda. „De focus ligt vaak op het naaiatelier, maar ook het restaurant en de schoonmaakservice – het ludieke ‘Mevrouw de Wit’ – behoren tot het label.” Drie coöperaties dus waarin Ons Label Breda mensen kansen biedt op weg naar werk en leren. En op weg naar die betaalde baan.
„Ons Label is het fundament waar onze bedrijfsactiviteiten onderhangen.” Denk aan de vrouwenstudio Amalia waar het ooit mee begon. „Vakmanschap is de rode draad en de opleidingsprogramma’s zijn in de maak.” De wijkbewoners die zich aandienen worden onderworpen aan een klein praktisch onderzoek. Waar ligt hun talent? De focus ligt daarbij vooral op wat men wel kan, aldus het ondernemersduo.

Mond tot mond reclame is belangrijk, kwaliteit staat natuurlijk voorop en daarbij komt het social verhaal. Core business is het bieden van werkervaring.
Met behulp van het VSB kon Het Naaiatelier vorig jaar vrij van start met een mooie opdracht voor Fest Amsterdam en kussens voor De Bijenkorf. Lokale productie dus in plaats van ‘made in China’. „Het verhaal klopt anders niet,” stelt Van Winkel, „productie dicht bij huis is efficiënter bij op te lossen problemen.”


Wat ooit begon met een vrouwenstudio in 2007 in Geeren-Zuid, is inmiddels uitgegroeid tot buurthuis ONS en wijkrestaurant. Opdrachten voor het naaiatelier in Linie stromen binnen en het motto van de ondernemers is duidelijk: laten we creëren wat er nog niet is en uitgaan van de vraag. Bestaan er dan nog wilde uitbreidingsplannen? Nagtzaam kijkt naar van Winkel en lacht „ik mag nu niks meer bedenken. We doen nu even waar we goed in zijn.”
Maar: een klussendienst blijkt stiekem nog een serieuze optie, iets met houtbewerking zou ook leuk zijn en het restaurant kan nog worden uitgebreid met catering. Samenwerking met de groenvoorziening Ons Land is al een feit. Dan volgt de vraag of ze nog een oproepje kunnen doen en natuurlijk krijgt dit initiatief vrij baan. „Iedereen kan hier terecht voor kledingontwerp, kussens en tassen. Opdrachten uit de stad zijn meer dan welkom.” Nagtzaam knipogend: „En waar blijven die opdrachten van onze eigen hotels en lokale restaurants?”